top of page

Zo dom als Albert Einstein - Herman Brusselmans

Er zijn veel mensen die Herman Brusselmans niet kunnen verdragen, en z'n boeken al helemaal niet. Toch vraag ik me af of ze niet ook af en toe zouden moeten lachen wanneer ze zo'n paar tientallen bladzijden uit een lukraak werkje met een dwaze titel zouden lezen.


Want dat is voor mij de enige reden om een Brusselmans te lezen, als een soort van humoristische literaire palet cleanser tussen serieuzere boeken door. En als het erop aankomt om werkelijk hardop te lachen met woorden op papier, dan is er wat mij betreft slechts één die het kan (of toch tot nu toe reeds meerdere keren heeft bewerkstelligd), en dat is deze langharige Gentenaar.


Het heeft dan ook geen enkele zin om de inhoud van dit boek te beschrijven, want het is de gebruikelijke platvloerse ongein, zoals steeds geniaal in zijn absurde debiliteit, en nog steeds gruwelijk politiek incorrect, maar tegelijk nog steeds onweerstaanbaar grappig. Eén voorbeeld:

Z'n schapen waren van een magnifieke kwaliteit, en doorstonden alle proeven met glans, zodat ze ver kocht werden aan Arabische sjeiks, Jemenitische grootprinsen, en Monegaskische miljardairs, onder wie Philippe Cott, die z'n geld had verdiend in de stoelpotenbranche, verslingerd was aan schapen op de top van de Matterhorn door een brandende hoepel gooien, en er met dat doel voor ogen op een keer 1200 had gekocht bij Julies grootvader Geurt. De oude man vierde de gigantische verkoop door met z'n hele familie een weekendje door te brengen op het Nederlandse Waddeneiland Texel, en ze genoten daar van een goed glas wijn, een portie bitterballen, en het bezoeken van het riooldekselmuseum, waar riooldeksels uit 126 landen waren tentoongesteld. De jonge Julie van toen vond het riooldeksel uit Kenia het mooiste, met nog wat bloed van een op straat door opstandelingen doodgeslagen neger eraan. Ze wist toen nog niet dat je het woord neger niet mocht uitspreken omdat het discriminerend was net zoals hoer, trut, kutwijf, en Eskimo. Dat moet Inuit zijn. Of tuttewiet, om het even. Dat de Eskimo's hun plan trekken.

Het kan niet, het mag niet, en toch doet hij het. Maar je merkt ook dat hij het niet meent. Dit laatste feit zou voor hedendaagse ontwaakte criticasters normaal gezien niet mogen uitmaken om er ongenadig van leer tegen te trekken en één of andere boycotactie op te zetten, maar om één of andere reden heeft Brusselmans zich in deze scheldniche kunnen inkapselen op een manier die hem immuun maakt voor dergelijke kritiek.


Tegelijk zitten er ook in dit boek bizarre flarden van radeloosheid, angst en werkelijke waanzin, die net zoals de grappen niet veel met de plot vandoen hebben. Op dezelfde manier weeft hij er wellicht redelijk autobiografische stukjes tussen, en eigenlijk is het best vertederend hoe deze overjaarse macho schrijft over de relatie met zijn absurd veel jongere vriendin.


Dit is dus een Brusselmans pur sang, waarin de plot niet ter zake doet, de gebruikelijke mensengroepen ongenadig worden beledigd en het spervuur van idiote verzinsels telkens weer tot luidop lachen aanleiding geeft.


Wat drink je daarbij?

Veel pils, witte wijn en gin-tonics, vergezeld van sigaretten.

4 views

Recent Posts

See All
bottom of page